Kostbare bodem

In 2025 staat A Rocha stil bij het thema ‘Bodem’. Wat kan de bodem ons leren? En hoe kunnen wij er op een duurzame manier mee omgaan? Elke maand publiceren we een blog waarin verschillende schrijvers vanuit hun expertise iets delen over dit veelzijdige thema. Deze maand schrijft Jeroen Bakker over de diepere lagen van de bodem.

Ik las laatst het boek Het geheime leven van bomen van de Duitse boswachter Peter Wohlleben, een boeiend boek over de verborgen dynamiek van bossen. Maar het was een kort tussenzinnetje over ‘bodem’ dat me aan het denken zette. We staan niet zo vaak stil bij grond, maar het is eigenlijk best bijzonder. Het kost een proces van eeuwen om gesteente fijn te malen tot zand, en om dat door de toevoeging van organisch materiaal en ontelbare levende diertjes millimeter voor millimeter om te zetten in ‘aarde’. Aarde – de naam die we ook aan deze planeet hebben gegeven, maar de bodem waar we daadwerkelijk op kunnen leven is maar een flinterdun afzetsel op de huid van een enorme bol van grotendeels gesmolten steen. Zonder aarde geen bodem, geen bos, geen landbouw, nauwelijks natuur en in elk geval geen mens.

Aarde is verrassend kwetsbaar. Het duurt eeuwen om te maken, en al die tijd moet het zorgvuldig bewaard worden. Eerst opgevangen in bergkommen en dalen, vakkundig vastgehouden door de wortels van de planten die erop groeien zodat het stukje bij beetje uit kan breiden.

En als het weg is, is het weg. Erodeert de grond, spoelt die kostbare aarde naar de zee, dan zijn we het kwijt. Ik las laatst ergens dat we op het moment in een veel groter tempo aarde kwijtraken dan dat het aangemaakt wordt. De aarde wordt steeds meer rotsvlakte en woestijn.

We moeten de grond onder onze eigen voeten leren koesteren, en het boeiende is dat we daarvoor het leven waarmee we die bodem delen moeten leren liefhebben.

Als mensen nemen we de bodem waar we op leven vaak voor lief, we zijn ons er niet van bewust dat die bodem niet alleen de basis vormt voor het leven dat daarin geworteld is, maar daardoor ook in stand gehouden wordt. We moeten de grond onder onze eigen voeten leren koesteren, en het boeiende is dat we daarvoor het leven waarmee we die bodem delen moeten leren liefhebben. Juist het leven dat zo anders is dan wij. De bomen met hun ritme van eeuwen, hun taal gesproken in geur en gefluisterd in ondergrondse schimmelnetwerken. Maar ook de aaltjes en de springstaarten, borstelwormen en mosmijten waarvan in een handje bosaarde meer zitten dan er levende mensen zijn op deze planeet.

Dit is een van de concrete uitdagingen waar we in deze tijd voor staan. Maar ik heb het gevoel dat het ook een passend symbool is voor de uitdagingen van het leven in dit tijdvak in bredere zin. In een tijd waarin de grond onder onze voeten lijkt te worden weggeslagen, geërodeerd door haat, weggespoeld door wanhoop en angst, is het aan ons om die grond juist te koesteren. Ook wij kunnen bomen zijn die de grond met hun wortels vasthouden, of helmgras dat door koppig stand te houden duinen opwerpt tegen de stijgende zee. Niet per se omdat we zeker weten dat het dan allemaal goed komt, maar omdat we willen houden van het kostbare weefsel waar ons leven aan ontsprongen is, en geloven dat het de moeite waard is om te houden van de vreemde medeschepselen waar we dat leven mee delen.

 

Jeroen Bakker is theoloog en werkt als predikant in Dronten.

Boekentips voor de zomer!

De zomer: hét moment om je blikveld te verbreden, kennis te verzamelen, je te verwonderen en je te laten inspireren. We hebben een aantal boeken voor je op een rij gezet. Niet alle boeken zijn vanuit een christelijke basis geschreven.

Voor kinderen:

  • Nature Journal Ontdek, verwonder en geniet van Gods schepping. Jitske van Dieren-Geertsema. Een leuk en leerzaam doe-boek voor buiten voor 8 tot 88 jaar. Jitske neemt je stap voor stap mee met leuke opdrachtjes en duidelijke uitleg om meer over de natuur te ontdekken.
  • Struinen door de schepping Bijbels natuurboek. Hanna Holwerda. Veelzijdig doeboek met proefjes en opdrachten voor elke habitat en elk seizoen
  • Het geheime dagboek van Eco-girl Christi, Petra Crofton. Christi heeft een grote passie voor de schepping en het klimaat. Ze schrijft erover in haar groene blogs, maar niet iedereen is daar blij mee. En als ze met de klas een reis wint naar Ecuador, wil ze met de boot in plaats van met het vliegtuig. Een grappig, leerzaam en uitdagend boek tot de laatste bladzijde!
  • Supergroen Helden en schurken van het voedselbos. Thijs Goverde.Leuk en grappig verhaal over verschillende planten en hun eigenschappen, vanaf een jaar of 10. Zeker ook leuk voor volwassenen!
  • Het verborgen leven van bomen voor kinderen Peter Wohlleben. Kindervariant op het bekende boek van Peter Wohlleben. Ontdek hoe bomen, dieren en planten samen een wonderbaarlijke en spannende wereld vormen!

Voor volwassenen:

  • Nature Journal Ontdek, verwonder en geniet van Gods schepping. Jitske van Dieren-Geertsema. Een leuk en leerzaam doe-boek voor buiten voor 8 tot 88 jaar. Jitske neemt je stap voor stap mee met leuke opdrachtjes en duidelijke uitleg om meer over de natuur te ontdekken.
  • Het groene hart van het geloof, Dave Bookless. Dave Bookless is theoloog binnen A Rocha en legt in dit compacte boekje helder uit waarom je je juist als christen goed voor de schepping moet zorgen.
  • Klimaatcrisis kent geen grenzen De Afrikaanse stem in de strijd om klimaatrechtvaardigheid – Vanessa Nakate – ook spreker op Groengelovig – presenteert een nieuwe globale visie voor de klimaatbeweging gebaseerd op veerkracht, duurzaamheid en oprechte rechtvaardigheid, en vertelt daarnaast het inspirerende persoonlijke verhaal van een jonge vrouw die haar stem vond in de klimaatstrijd.
  • Hoop voor de aarde – Katharine Hayhoe. Hayhoe, wetenschapper en christen, spoort de lezer aan om werk te maken van het klimaat en daarbij de hoop niet te verliezen. Feiten, actie en hoop!
  • Tot in de hemel – Richard Powers. Tot in de hemel is het verhaal van negen mensen die de wereld van de bomen leren zien – en horen. Een verrassende fusie van natuurwetenschap en literatuur, een monumentale roman over bomen en mensen. Het is een meeslepende vertelling over activisme en verzet, en tegelijkertijd een loflied op een wereld naast de onze.
  • Een vlecht van heilig gras, Hoe de natuur, wetenschap en traditionele kennis ons leren respectvol met de aarde om te gaan. Robin Wall Kimmerer. Bijzonder boek van een Amerikaanse op zoek naar de natuurkennis van haar native american roots. Voor ware duurzaamheid moeten we ons opnieuw verbinden met de natuur.
  • Planten van hier  Praktijkboek voor een duurzame leefomgeving met inheemse flora. Dit boek bundelt kennis en inspiratie rondom onze inheemse flora en toont overtuigend de voordelen van een gevarieerd en natuurrijk groen landschap: voor onszelf, de biodiversiteit en onze economie.
  • Verweven leven: de verborgen wereld van schimmels. Merlin Sheldrake. Hoe meer we te weten komen over schimmels en de rol die ze spelen in de natuur, des te meer wordt ons begrip over leven, het concept individualiteit en zelfs onze opvatting over intelligentie op zijn kop gezet.

Vacature: Penningmeester

Ben jij financieel onderlegd én heb je een groen hart? Dan is deze bestuursfunctie iets voor jou.

A Rocha Nederland zoekt een betrokken en deskundige penningmeester die bij wil dragen aan het herstel van Gods schepping.

De rol van Penningmeester
Als penningmeester ben je binnen ons vierkoppige bestuur verantwoordelijk voor de financiële gezondheid van onze stichting. Je werkt nauw samen met de directeur van de stichting en hebt een belangrijke stem in de financiële en organisatorische strategie van A Rocha Nederland. Je combineert inhoudelijke deskundigheid met een passie voor de schepping.

Lees de hele vacature hier.

‘Door je te verbinden aan een plek, oefen je in thuis zijn.’

Annemarthe Westerbeek is lid van de lokale A Rocha-groep Utrecht.

Illustratie: Marianne de Fouw

Vijf jaar geleden begon ik samen met twee anderen een lokale groep van A Rocha in Utrecht. A Rocha Nederland is een christelijke natuurbeweging voor mensen met een groen hart. Met lokale groepen zetten we ons in voor biodiversiteit en steken we onze handen uit de mouwen.

Toen ik met A Rocha Utrecht begon, was mijn hart al wel groen maar was ik nog helemaal niet zo overtuigd van deze manier van werken. Ik dacht: er is toch veel meer mogelijk dan alleen maar met elkaar in een stuk natuur aan het werk gaan? En lang niet iedereen is daarvoor te porren. Nee, wij gingen het anders doen want we wilden een bredere groep mensen in Utrecht en in de Utrechtse kerken aanspreken, en een groter bereik hebben. We organiseerden inspiratieavonden, stiltewandelingen en cleanups met Utrechtse kerken in hun eigen omgeving.

Tot twee jaar geleden, toen we met een betrokken groep mensen een kijkje gingen nemen op wat we nu ‘ons land’ noemen. Klaas-Hemke, die al lang bij A Rocha Nederland betrokken is, kwam met de suggestie om met elkaar eens hier in dit stukje natuur te gaan kijken. Eigenlijk kwam dit voorstel precies op het goede moment, omdat de energie om cleanups te organiseren was verdwenen en we merkten dat het lastig was om mensen en kerken te motiveren om daaraan mee te doen.

Bij aankomst zagen we dat het gebied volstond met bramen, brandnetels en omgevallen bomen. Maar eenmaal te midden van het hoge riet, in een veld vol wilde orchideeën, werd ik direct verliefd op dat stukje grond. Het voelde als een warm welkom. Nu, twee jaar later, ga ik nog steeds met veel plezier naar ‘ons land’ toe. We hebben het een naam gegeven: Dwelfsloot − naar de restanten van een historische sloot in het gebied. Ik zie mijn kinderen daar genieten als ze in bomen klimmen, kikkers en padden vangen, of kletsnat worden van de sloot of het natte land. Mensen die elkaar normaliter niet tegen zouden komen, gaan met elkaar aan het werk en hebben mooie, betekenisvolle gesprekken. De oudste van onze groep is boven de zeventig en de jongste nog geen twee. Verschillende generaties samen aan het werk. In de zomer was een van mijn kinderen aan werk met Piet, een nieuwe vrijwilliger. Ze hadden even kennisgemaakt en gingen samen aan de slag. Ik luisterde hun gesprekje af: ‘Weet jij hoe deze lange paarse bloemen heten?’ vroeg Piet en ik hoorde aan zijn stem dat hij verwachtte van niet. Maar het tegendeel bleek: ‘Ja, dat is kattenstaart!’ riep mijn zoontje dolenthousiast. Samen leren, van de natuur en van elkaar, dat is van onschatbare waarde en dat gebeurt zomaar op een zaterdagochtend op ‘ons land’.

‘Je verbinden aan een lokaal stukje grond’ − mijn blik hierop is radicaal veranderd. Je verbinden aan een plek is een oefening in thuis zijn, in zorgen voor én samen met anderen − het is een oefening in weer opnieuw leren houden van wat gegeven is. Het verbindt je met de schepping, met de ander én met God.

Deze tekst is ook verschenen in het boek ‘Samen genieten van genoeg’. Theanne Boer maakte met behulp van enthousiaste denkers en doeners een inspirerend boek over het gedachtengoed van Martine Vonk en de uitwerking daarvan in de praktijk. Of je nu in een woongroep of in een rijtjeshuis woont: samen genieten van genoeg kan overal en altijd. 

Vegetatiekartering op Schor Alteklein

Sinds 2020 houd ik mij beroepsmatig met het karteren van vegetatie bezig. Dat bracht mij op het idee om adoptiegebied Schor Alteklein op Tholen – waar ik dichtbij woon en vanuit A Rocha Zeeland als beheerder bij betrokken ben – qua vegetatie in kaart te gaan brengen.

Door Wijnand Lammers, A Rocha Zeeland

Afbeelding 1. Luchtfoto van schor Alteklein bij Tholen. Hierop zijn verschillende vegetatieklassen te zien (O. Hoornweg)

Wat is een vegetatie?

Planten groeien niet zomaar willekeurig bij elkaar, maar vormen een samenhangende gemeenschap. Ze zijn met elkaar gebonden aan overeenkomende omstandigheden, qua grondsoort, waterhuishouding en beheer. Daarom zegt een plantengemeenschap veel meer over lokale omstandigheden dan een individuele plantensoort.

De Rode klaver bijvoorbeeld komt in meer dan 80 verschillende plantengemeenschappen voor, dus onder zeer uiteenlopende omstandigheden. Als je Rode klaver echter tegenkomt op een dijk, samen met bijvoorbeeld Glanshaver, Groot streepzaad, Grote bevernel en Beemdkroon, dan weet je dat je te maken hebt met een bepaalde plantengemeenschap (hier gaat het om de zogeheten Glanshaver-associatie) en dat de bodem bestaat uit kalkrijke lichte zavel. Ook weet je dan dat het beheer bestaat uit maaien en afvoeren. De plantensociologie bestudeert de samenhang tussen soorten en heeft de vegetatie van Nederland ingedeeld van grof naar gedetailleerd, respectievelijk naar klasse, orde, verbond en associatie; dit laatste is de eigenlijke plantengemeenschap. De associatie wordt soms nog verder onderscheiden, tot op het niveau van de sub-associatie.

Onder meer als gevolg van de verarming van de flora, zijn plantengemeenschappen vaak niet meer compleet aanwezig: de kop en de staart ontbreken als het ware. Dan spreek je over rompgemeenschappen. Elke gemeenschap (associatie) heeft een naam en een code gekregen, die de gemeenschap onderscheiden en verwantschap met andere gemeenschappen uitdrukken.

Het onderzoek

Bij het karteren van vegetatie tekenen onderzoekers in het veld vlakken met een overeenkomende vegetatie, digitaal op een kaart in. Deze vlakken krijgen vervolgens een naam, bijv. ‘Type van Glanshaver en Rode klaver’ wanneer de genoemde soorten het beeld bepalen van de vegetatie ter plaatse. Vervolgens maken we van zo’n onderscheiden type opnamen. We noteren van een representatief gedeelte alle soorten, met de mate van voorkomen. Thuis, bij de warme kachel, analyseren we deze opnamen en met behulp van beschikbare literatuur en digitale hulpmiddelen vertalen we die naar een door de wetenschap omschreven plantengemeenschap. Van de ingetekende vegetatietypen maken we vervolgens vegetatiekaarten. Die kaarten komen met de beschrijving van de aangetroffen vegetatietypen en informatie over de werkwijze in een rapport terecht. Begin 2025 heb ik het rapport van de vegetatiekartering van Schor Alteklein op deze manier gemaakt.

Type van Wilde peen en Pastinaak, waarin veel Moeraswespenorchis voorkomt; een uitzonderlijke combinatie (W. Lammers)

 Vegetatie van Schor Alteklein

Wat opvalt is dat de ruimtelijke verscheidenheid van het gebied tot uiting komt in het voorkomen van een groot aantal plantengemeenschappen. Zo zijn er op een oppervlakte van nog geen 5 ha zo’n 40 verschillende lokale vegetatietypen aangetroffen, die vertaald zijn naar 19 landelijke plantengemeenschappen, behorend tot 12 vegetatieklassen. Je kunt de ligging en de benaming van die klassen zien op onderstaande vereenvoudigde vegetatiekaart. Het beheer van A Rocha heeft aan deze variatie in hoge mate bijgedragen. Zo is er door de aanleg van een poel met flauwe oevers een plantengemeenschap ontstaan, die kenmerkend is voor plekken die in het winterhalfjaar onder water staan, op plaatsen met een zout verleden. Het maaien van de matig voedselrijke graslanden met orchideeën heeft geleid tot ontwikkeling van een lokaal vegetatietype, waarvoor de combinatie van Moeraswespenorchis met soorten van matig voedselrijk grasland als Glanshaver, Wilde peen en Pastinaak kenmerkend is. Hierin wijkt Schor Alteklein sterk af van het landelijke beeld. Door het kleinschalige beheer voort te zetten, hopen we de verscheidenheid in vegetatietypen verder te vergroten en de eigenheid van het schor te versterken.

Vereenvoudigde vegetatiekaart met ligging van de gekarteerde klassen (Dactylis B.V.)

De schimmels komen!

“Hé Anita, kijk hier eens: wat een gaaf paddenstoeltje staat hier onder deze struik.” We gaan op onze hurken zitten en verwonderen ons samen over het kleine grijze paddenstoeltje met op zijn hoed witte sliertjes, die op kant lijken.

Het is heerlijk om doelloos en traag door het VoedselBos te lopen en steeds meer oog te krijgen voor alle toffe details die je dan opeens opvallen. De knalroze kleine bloemetjes van de kardinaalsmuts bijvoorbeeld, die in de herfst nog eigenwijs aan de takken hangen en kleur geven aan een kaal wordend landschap.

Een berichtje op Insta met wat paddenstoelenfoto’s levert een reactie van onze landschapsarchitect die het voedselbos ontworpen heeft, op: “Ha de schimmels komen! Gaat het goed?”

Ja, inderdaad de schimmels komen. Er zijn nu, na 2,5 jaar bomen planten en de bodem voeden, al veel meer verschillende paddenstoelen te zien. Goed nieuws dus. “Door verzuring, overbemesting en verdroging”, zo las ik laatst, “is de populatie paddenstoelen sterk achteruitgegaan.”

Veel mensen houden niet van paddenstoelen in hun tuin of in het gazon. Toch is het juist een teken dat de schimmels onder de grond goed gedijen en je een actief bodemleven hebt. Paddenstoelen vormen een sleutelrol in veel ecosystemen – en zeker in bossen.

In ons VoedselBos voeden we de bodem actief. Bijvoorbeeld met houtsnippers, bladcompost, wormenmest en brandnetelgier. Ook planten we pioniersbomen naast de voedselbosbomen en -struiken. De wortels van de bomen en struiken gaan een samenwerkingsverband aan met de schimmels. Via de schimmeldraden worden voedingsstoffen uitgewisseld. De plantenwortels geven de schimmeldraden suikers en krijgen moeilijk bereikbare stoffen zoals fosfor, zink, stikstof en kalium terug. Dit komt ten goede aan de gezondheid van de boom. Het bodemleven bestaat, naast schimmels, uit nog ongelooflijk veel meer leven; van nematoden en protozoa tot de meer bekende wormen en pissebedden. En ja, we stappen steeds regelmatiger ook over molshopen heen.

We moeten af van de aangeharkte tuinen zonder bladeren, paddenstoelen, rommelhoekjes en molshopen. En als je dan doelloos en traag een rondje door je tuin maakt, zal je verrast zijn wat een moois je ziet. Gemaakt om van te genieten.

 


Anita Bos en Dorine Heij zijn in juni 2022 in het Oost-Groningse Bellingwolde gaan wonen op een perceel van 1,2 hectare, om een VoedselBos aan te planten. Ze hebben Stichting De Pelgrim VoedselBos & BoerderHeij opgericht met als doel handen en voeten te geven aan de opdracht van God om te zorgen voor de schepping, met oog voor schoonheid, voor harmonie, voor creativiteit, voor alle leven, voor een goede bodem, voor ruimte en voedsel voor mens en dier. En anderen te laten zien en ervaren dat voedselproductie mogelijk, haalbaar en lekker is uit een voedselbos.

A Rocha Dronten – samenwerken, ringslangen en BioBlitz

A Rocha Dronten is zo’n vier jaar geleden gestart en bestaat uit een kleine kerngroep met daaromheen een flinke groep belangstellenden die regelmatig onze activiteiten bezoekt.

In de afgelopen jaren hebben we de samenwerking gezocht met allerlei andere groene organisaties in de gemeente Dronten. Zo zijn we samen met Stichting Participatie Wisentbos, Landschapsbeheer Flevoland en Staatsbosbeheer betrokken in het Wisentbos. Het Wisentbos is een mooi bosgebied aan de rand van Dronten, langs de Lage Vaart. Het heeft zich de laatste jaren flink ontwikkeld en er is veel aandacht voor het ondersteunen en vergroten van de biodiversiteit. Hierin mag ook A Rocha Dronten een rol spelen. Een aantal van ons is al een aantal jaren – met succes – bezig om de reuzenberenklauw terug te dringen. De reuzenberenklauw is een invasieve exoot die inheemse soorten verdringt en bovendien voor ernstige brandwonden kan zorgen.

 

Reuzenberenklauw

Ook zijn we actief in ons eigen natuurwerkdagproject. Ruim twee jaar geleden hebben we een broeihoop voor ringslangen aangelegd. De ringslang is nog geen vaste bewoner van Dronten, maar zou dat wel kunnen worden. Rondom het Lelystadse deel van de Lage Vaart worden al langere tijd ringslangen gevonden. We weten dat ze zich daar voortplanten. We willen ze de mogelijkheid bieden om zich ook in Dronten, langs diezelfde Lage Vaart, te vestigen. Een broeihoop is dan zeer geschikt als voortplantingsplek. Een broeihoop is opgebouwd uit een grote hoeveelheid plantaardig materiaal met veel mogelijkheden om er tussen te kruipen. We gebruiken dan ook grote en kleine takken, paardenmest en snoeimateriaal om een hoop te bouwen van wel drie vierkante meter en met een hoogte van meer dan anderhalve meter. Ringslangen leggen hun eieren in het composterende plantaardig materiaal. Het composteringsproces zorgt voor de juiste temperatuur om de eieren te doen uitkomen. Bij het jaarlijks keren en aanvullen van de hoop kun je de lege eierschalen vinden. We hebben de hoop nu voor de tweede keer gekeerd en helaas nog geen eieren aangetroffen. De ervaring leert dat dit wel enige jaren kan duren. Ook andere dieren profiteren van zo’n hoop. Bij het keren tref je vele insecten en geleedpotigen, maar ook muizen en kleine roofdieren zijn mogelijk. Toch worden ook ringslangen steeds dichterbij waargenomen, dus we blijven hoop houden!

A Rocha Dronten bouwt een ringslangbroeihoop

Aankomend jaar hebben we een nieuw, uitdagend project in het Wisentbos, waarbij we opnieuw de samenwerking aangaan met veel verschillende organisaties. We starten namelijk op 1 januari met een BioBlitz: we proberen in een afgebakende periode (2025) zoveel mogelijk soorten (1000 of meer) in een afgeperkt gebied (het Wisentbos) te vinden. Dat kunnen we niet alleen, dus we doen dit in samenwerking met voornoemde organisaties, maar ook met IVN Dronten en Gemeente Dronten. We zullen meerdere publieksactiviteiten organiseren, te denken valt aan vroege vogelexcursies, vleermuizentocht, Nacht van de Nachtvlinders, paddenstoelenspeurtocht e.d. En natuurlijk kan iedereen die waarnemingen in het bos doet, die ook invoeren via www.waarneming.nl. We hopen hiermee meer mensen te enthousiasmeren voor de natuur vlakbij huis. Dat doen we onder andereo.a. door regelmatig een update van onze activiteiten via de pers te doen. HoudHou onze berichten in de gaten voor meer activiteiten! We zullen binnenkort ook de link van de BioBlitz  met jullie delen.

Bioblitz in het Waterloopbos

Een groene Sinterklaas

Het was nog maar begin oktober toen er alweer een dik speelgoedboek door onze brievenbus viel. Gelukkig was ik er als eerste bij en kon ik het nog even verstoppen. Het cadeautjes-seizoen probeer ik altijd zo lang mogelijk uit te stellen: voor je het weet slingeren er overal uitgeknipte verlanglijstjes door het huis en zijn de verwachtingen huizenhoog gestegen.

Ik vind Sinterklaas altijd een beetje een dubbel feest. Het verhaal van een goedheiligman die arme kinderen beschermt en geschenken aan hen uitdeelt, is prachtig. En een gezellige avond met gedichten, surprises en cadeautjes vier ik al mijn hele leven graag. Maar Sinterklaas lijkt steeds meer een over-de-top feest te worden met zo veel mogelijk snoep en cadeaus. Sinterklaas heeft tegenwoordig een hele vloot containerschepen nodig om alle goedkoop gemaakte plastic rotzooi te vervoeren naar Nederland, zodat onze kinderen het kunnen uitpakken en vervolgens in een hoekje kunnen gooien (en het na twee weken kapot in de afvalbak belandt). Dat lijkt me niet de manier waarop diezelfde kinderen nog heel lang kunnen genieten van deze aardbol.

In de afgelopen vijftien jaar heb ik daarom al heel wat manieren uitgeprobeerd om een alternatief Sinterklaasfeest te vieren. Ik deel ze graag: misschien raak je erdoor geïnspireerd om Sinterklaas dit jaar eens anders aan te pakken!

De vier-cadeautjesregel

Deze regel is vooral met jongere kinderen heel erg bruikbaar. Uit onderzoek blijkt dat kinderen bij het krijgen van drie cadeautjes eigenlijk al genoeg input hebben. Een goed idee dus om het bij vier cadeautjes te houden (waarvan twee meestal niet eens speelgoed). Die vier cadeautjes zijn:

  • Iets wat ze graag willen hebben – iets van speelgoed binnen een budget dat je zelf vaststelt. Liefst tweedehands natuurlijk.
  • Iets wat ze nodig hebben – een praktisch cadeau, zoals douchegel, tekenpapier of een mooi dekbedovertrek.
  • Iets om te dragen – dat spreekt voor zich, denk aan wanten, laarzen of onderbroeken.
  • Iets om te lezen – een mooi (voorlees)boek

Sinterklaas-in-een-dag

In ons gezin steeg de spanning in de weken voor Sinterklaas soms tot grote hoogte. Om het feest wat meer in te kaderen, bedachten we Sinterklaas-in-een-dag. We vertelden de kinderen dat Sinterklaas een feest is waarbij je iets voor elkaar doet, en dat ze daarom allemaal een cadeautje voor elkaar mochten kopen. Op een zaterdagochtend trokken we lootjes en gaven we ieder kind een klein bedrag. Vervolgens lieten we ze los in het centrum om iets voor elkaar en ons te kopen (waarbij het de sport was om elkaar niet tegen te komen). In de middag maakte iedereen een gedicht en/of surprise en rond etenstijd hadden we dan onze ‘pakjesavond’. Erg leuk, want zo ligt de focus meer op iets voor elkaar doen dan op de cadeaus. En met een klein bedrag ontstaat er vaak meer creativiteit om echt iets leuks te vinden (misschien moet je vooraf bepaalde winkels dan wel uitsluiten). Ook met jongere kinderen kan dit: onze jongste deed dan gewoon mee met een van de ouders.

Sint shopt tweedehands

Tegenwoordig is het eigenlijk niet meer nodig om speelgoed nieuw te kopen. Alles is tweedehands te koop, het vraagt alleen iets meer zoektijd. Begin op tijd met rondspeuren op Marktplaats, op Vinted, in weggeefhoeken en vergeet vooral de speelgoedruilbeurzen niet die in november vaak overal plaatsvinden.

Wanneer je lootjes trekt, kun je met elkaar afspreken dat je alleen tweedehands cadeaus koopt. In de verlanglijstjes kun je hier dan al rekening mee houden. Het is ook leuk om met elkaar naar een grote kringloopwinkel te gaan en daar rond te struinen.

Sint voor een ander

In de Middeleeuwen mochten de arme kinderen hun schoen zetten in de kerk en stopten de rijken daar iets in. Een mooi verhaal en nog steeds actueel. In de sinterklaastijd kan het ook heel goed zijn om de focus van je kinderen te helpen verleggen naar iets voor een ander doen. Misschien kun je ze aanmoedigen om iets van hun eigen speelgoed te doneren aan een speelgoedbank, kunnen jullie meedoen aan een schoenendoosactie, een kerstpakkettenactie of een bananendoos vullen.

 

Foto: R.F. (Roel) Jorna (bewerkt)


Hannah Zandbergen

Hannah (40) is getrouwd en moeder van drie zoons. Ze is freelance journalist en auteurscoach. Ze is eindredacteur van het christelijke opvoedmagazine Sestra mama. Onlangs schreef ze het Goedenachtboek, een boek dat kinderen helpt om voor het slapengaan tot rust te komen.