Grond verbindt

In de A Rocha zomerweek gaan we kamperen en aan de slag voor de schepping. Iedere ochtend doen we onder begeleiding van de boswachter natuurwerk op de hei en in het bos. Zo helpen we de biodiversiteit.

De deelnemers van de zomerweek zijn van diverse leeftijden en komen uit het hele land. Het thema van de A Rocha zomerweek 2025 was GROND.
Ik had wel eens gehoord over Henry Mentink die in 2022 een soort pelgrimage met kruiwagen maakte. Hij liep van Varik naar het kantoor van UNESCO, met als doel de hele aarde op de erelderfgoedlijst te krijgen.
Als een symbolische daad bracht hij lopend een kruiwagen met grond van Nederland naar Parijs. Overal op zijn tocht vroeg hij aandacht voor het doel van zijn krui-tocht, en gaven mensen hem een schepje grond mee.

Die gedachte. De hele aarde als werelderfgoed. Alle grond beschermwaardig. Heilig, op een bepaalde manier. Mooi vind ik dat.
In de uitnodiging aan de deelnemers van de A Rocha zomerweek 2025 schreef ik: neem een handvol grond mee van de plek waar jij woont. Uit de tuin, uit de moestuin, uit de omgeving of het bos waar je altijd wandelt. Ze wisten niet waarom. Ze deden het toch.

In een kring zaten wij, en ik vertelde het verhaal van Henry Mentink. Iedereen mocht vertellen: welke grond heb je mee? Wat is het voor grond en wat is jouw connectie daarmee?
Er was grond uit de moestuin van Emmy uit Hengelo. Haar moestuin is als een tweede thuis. Ze verbetert haar grond, door te mulchen. Er zaten bladeren in, en ook wat schapenwol. Er was grond uit Sliedrecht. Deze familie had een eigen moestuin bij het huis. Daar waren ze mee gestopt vanwege de PFAS van Chemours, waar ze naast wonen. Er was kleigrond uit de Flevopolder, en rulle grond van de boerderij in Rheezerveen, ingebracht door een familie met een verhuizing voor de boeg. Nog iets van thuis, en iets van de boerderij die straks hun thuis wordt. Meer grond om voor te zorgen, ze kijken ernaar uit. Er was zandgrond uit Den Haag, vervuild, zelfs met stukjes glas erin. Met het verhaal van Gerrie en Roel, die met allerlei initiatieven hun wijk proberen groener te maken. Zij geloven stug dat de kleine beetjes ertoe doen, in Gods koninkrijk. Er was grond uit Nijkerk, ingebracht door Jeen. Dit is grond uit de tuin van zijn moeder. Sinds zijn vader gestorven is, zorgt Jeen voor de tuin.
De kinderen wilden het voelen, met de vingers ervaren hoe de rulle grond van de Utrechtse Heuvelrug verschilt van de klei uit de polder, en hoe de vervuilde zandgrond anders is dan de mulch uit Hengelo. Daarna hebben we de grond gemengd en er zaadjes van tuinkers op gelegd. Aan het eind van de week aten
we ervan. Het was bijzonder om de grondverhalen te horen. Ieder heeft een andere verbinding met de grond waar hij of zij leeft. Het werkte verbindend, elkaars verhaal te leren kennen.

In de bijbel schrijft de profeet Jeremia hoe we ons kunnen verbinden met de grond waarop we wonen. Het is belangrijk, zegt hij, in zijn ‘brief aan de ballingen’. Want ook als je niet op je geboortegrond leeft, is het de aarde die jou draagt en de grond die jou voedt. God zegent je op de plek waar je bent, en hij wil ook via jou voor de omgeving zorgen.

U moet huizen bouwen en daarin gaan wonen, tuinen aanleggen en er de opbrengst van eten; u moet trouwen en kinderen krijgen, vrouwen kiezen voor uw zonen en uw dochters uithuwelijken, die op hun beurt weer kinderen krijgen. Zorg dat u groter wordt in aantal, niet kleiner. Zet u in voor de welvaart van de stad waarheen Ik u verbannen heb, en bidt voor haar tot de Heer, wat van haar welvaart hangt uw welvaart af. – Jeremia 29: 1-14

– Leef jij op je geboortegrond?
– Hoe ben jij verbonden met je woonplek?
– Voel jij je verbonden met de grond waar je woont? Op welke manier wel/niet.

Ook in 2026 houden we weer een zomerweek.

Thea de Ruijter

Thea de Ruijter is samen met Stefan van der Leeden, Nico Smith en Astrid Smith host van de zomer natuurweek.

Kostbare bodem

In 2025 staat A Rocha stil bij het thema ‘Bodem’. Wat kan de bodem ons leren? En hoe kunnen wij er op een duurzame manier mee omgaan? Elke maand publiceren we een blog waarin verschillende schrijvers vanuit hun expertise iets delen over dit veelzijdige thema. Deze maand schrijft Jeroen Bakker over de diepere lagen van de bodem.

Ik las laatst het boek Het geheime leven van bomen van de Duitse boswachter Peter Wohlleben, een boeiend boek over de verborgen dynamiek van bossen. Maar het was een kort tussenzinnetje over ‘bodem’ dat me aan het denken zette. We staan niet zo vaak stil bij grond, maar het is eigenlijk best bijzonder. Het kost een proces van eeuwen om gesteente fijn te malen tot zand, en om dat door de toevoeging van organisch materiaal en ontelbare levende diertjes millimeter voor millimeter om te zetten in ‘aarde’. Aarde – de naam die we ook aan deze planeet hebben gegeven, maar de bodem waar we daadwerkelijk op kunnen leven is maar een flinterdun afzetsel op de huid van een enorme bol van grotendeels gesmolten steen. Zonder aarde geen bodem, geen bos, geen landbouw, nauwelijks natuur en in elk geval geen mens.

Aarde is verrassend kwetsbaar. Het duurt eeuwen om te maken, en al die tijd moet het zorgvuldig bewaard worden. Eerst opgevangen in bergkommen en dalen, vakkundig vastgehouden door de wortels van de planten die erop groeien zodat het stukje bij beetje uit kan breiden.

En als het weg is, is het weg. Erodeert de grond, spoelt die kostbare aarde naar de zee, dan zijn we het kwijt. Ik las laatst ergens dat we op het moment in een veel groter tempo aarde kwijtraken dan dat het aangemaakt wordt. De aarde wordt steeds meer rotsvlakte en woestijn.

We moeten de grond onder onze eigen voeten leren koesteren, en het boeiende is dat we daarvoor het leven waarmee we die bodem delen moeten leren liefhebben.

Als mensen nemen we de bodem waar we op leven vaak voor lief, we zijn ons er niet van bewust dat die bodem niet alleen de basis vormt voor het leven dat daarin geworteld is, maar daardoor ook in stand gehouden wordt. We moeten de grond onder onze eigen voeten leren koesteren, en het boeiende is dat we daarvoor het leven waarmee we die bodem delen moeten leren liefhebben. Juist het leven dat zo anders is dan wij. De bomen met hun ritme van eeuwen, hun taal gesproken in geur en gefluisterd in ondergrondse schimmelnetwerken. Maar ook de aaltjes en de springstaarten, borstelwormen en mosmijten waarvan in een handje bosaarde meer zitten dan er levende mensen zijn op deze planeet.

Dit is een van de concrete uitdagingen waar we in deze tijd voor staan. Maar ik heb het gevoel dat het ook een passend symbool is voor de uitdagingen van het leven in dit tijdvak in bredere zin. In een tijd waarin de grond onder onze voeten lijkt te worden weggeslagen, geërodeerd door haat, weggespoeld door wanhoop en angst, is het aan ons om die grond juist te koesteren. Ook wij kunnen bomen zijn die de grond met hun wortels vasthouden, of helmgras dat door koppig stand te houden duinen opwerpt tegen de stijgende zee. Niet per se omdat we zeker weten dat het dan allemaal goed komt, maar omdat we willen houden van het kostbare weefsel waar ons leven aan ontsprongen is, en geloven dat het de moeite waard is om te houden van de vreemde medeschepselen waar we dat leven mee delen.

 

Jeroen Bakker is theoloog en werkt als predikant in Dronten.

Terugblik Inspiratieweekend

In het weekend van 24 en 25 mei vond ons Inspiratieweekend plaats, traditiegetrouw op het terrein van Near Eastern Ministry te Voorthuizen. Ook al viel er geregeld een buitje – en dat werd tijd ook – was het weer een weekend met veel gezelligheid, verdieping en mooie gesprekken.

IMG_20250523_195208

 Zaterdagochtend: Bodembiodiversiteit

Het A Rocha Inspiratieweekend werd zaterdagochtend afgetrapt met een heel interessante lezing van Liesje Mommer, hoogleraar ondergrondse ecologie. Met haar doken we in de intrigerende en complexe wereld van de bodembiodiversiteit. Haar betoog onderstreepte het belang van onze bodem en al het bodemleven. Een paar kernpunten op een rijtje:

Mycorrhiza als koolstofkampioen
Maar liefst 30 % van de wereldwijde koolstofvastlegging loopt via deze bijzondere schimmels die in symbiose leven met plantenwortels. Zonder die mycorrhiza geen sterke, veerkrachtige ecosystemen!

Gevaren van bodemverzuring
Zuren in de bodem maken het leven voor microben, insecten en schimmels een stuk lastiger. Minder bodemleven betekent minder voeding voor planten en dus minder gezondheid en weerbaarheid van het geheel.

Waarom dit ertoe doet
De kwaliteit van onze bodem is de basis voor biodiversiteit boven én onder de grond. Door verzuring tegen te gaan en de mycorrhiza echt de ruimte te geven, versterken we niet alleen de koolstofopslag, maar ook onze gewassen, plantengemeenschappen en uiteindelijk de hele leefomgeving.

Aan de slag!
Stimuleer mycorrhiza: vermijd overmatig grondbewerken en kunstmest, werk met organische mulch en menging van wortelrijke planten.
Laten we samen bouwen aan een gezonde, veerkrachtige ondergrond – de onzichtbare motor van ons ecosysteem.

Zaterdagmiddag: Workshops

In de middag hadden we verschillende workshops. Creatieve workshops zoals nature journaling en stenen of boomschijven schilderen, een wandeling voor de buitenmensen, vogelhuisjes bouwen met de kinderen, een wildpluk workshop, en ook verdiepende workshops over activisme en duurzaam gemeenschapsleven.

Zaterdagavond: Onder het maaiveld en vleermuizen in de lucht

Nadat de kookploeg ons van heerlijk eten had voorzien, volgde het avondprogramma met de film ‘Onder het maaiveld’: een prachtige inkijkje in het leven van bodemhelden als regenwormen, pissebedden, schimmels en miljoenpoten. Tof om te zien hoe mensen en gemeenschappen zich inzetten voor de bodem. Na zonsondergang ging onze blik omhoog tijdens de vleermuizenexcursie op en rond het terrein van de NEM. Gewapend met batdetectors en een warmtebeeldkijker scoorden we de gewone dwergvleermuis, laatvlieger en rosse vleermuis.

 Zondagochtend: viering & lunch 

We begonnen de viering met zingen en bidden, en we stonden stil bij de pijn over het verlies van vele soorten uit Gods schepping. De schriftlezing was uit ‘het eerste boek van de natuur.’  Met het thema ‘Voel de aarde’ zijn we in groepjes uiteen gegaan om met elkaar een verwonderwandeling te maken. We gebruikten onze tastzintuigen buiten in de natuur om daar meer van God te leren en te ontdekken. Voor de één even wennen en voor de ander een welkome afwisseling. We zagen steeds meer paraplu’s en capuchons naar beneden gaan om de regen te voelen.  Wil je zelf ook de natuur in en aan de hand van je zintuigen God zoeken en Hem leren kennen? Kijk dan op op www.verwonderplek.nl en ga zelf naar buiten met onze verwonderwandelingen. We sloten het weekend af met zon én een heerlijke lunch.

Wie is de mol?

In 2025 staat A Rocha stil bij het thema ‘Bodem’. Wat kan de bodem ons leren? En hoe kunnen wij er op een duurzame manier mee omgaan? Elke maand publiceren we een blog waarin verschillende schrijvers iets delen over dit veelzijdige thema. Deze maand vertellen Anita en Dorine van het VoedselBos over een diertje dat zich helemaal thuis voelt in de bodem.

Hé, wat zie ik daar bewegen? Anita pakt haar camera die binnen handbereik ligt. Het zand komt omhoog. Geconcentreerd en vol verwachting kijkt ze over haar camera door het raam van haar werkkamer naar de molshoop.

Om ons huis, tussen de kampeerplekken en in het VoedselBos: overal zien we molshopen. We hebben er ruim 400 geteld. Handig wanneer we los zand nodig hebben voor bij een boompje of paaltje dat we in de grond zetten. We vragen ons af wie hier aan het mollen is. Is er één mol actief? Of meerdere? En zijn er dit jaar meer mollen? In elk geval wel meer molshopen. Er waren vorig jaar ook meer slakken. Zou dat meespelen voor de hoeveelheid mollen die er dit jaar zijn?

Helaas laat de mol zich niet aan Anita zien. Dus moeten we het doen met een foto van molshopen, in plaats van het beestje zelf.

Mollen eten in de winter met name regenwormen. Wanneer het vriest, zoals half februari het geval was, kruipen die dieper de grond in, want ze houden niet van kou. De mol gaat er achteraan. Hierdoor ontstaan dus diepere gangen, meer zand, meer en grotere molshopen. Zijn gang werkt als een soort wormenval. De worm kruipt door de grond en komt ‘opeens’ in een grotere gang terecht.

Een mol is een slim diertje en legt voorraadkamers aan voor barre tijden. Daarvoor graaft hij naast gangen ook kamers uit, dat geeft ook veel zand en dus grote molshopen. Het paarseizoen is waarschijnlijk begonnen, zo lezen we op internet. Daarvoor graaft de mol niet heel diep. Net onder het grondoppervlak zie je een soort ruggetje die inzakt als je erop stapt. Zeg maar de snelweg voor een mol. Een mol kan wel 7 kilometer per uur lopen! Best hard voor zo’n klein beestje.

Heeft de mol eigenlijk ook nog nut voor ons VoedselBos? Jazeker. Bij ons zijn ze meer dan welkom. Ze staan bovenaan in de keten van het bodemvoedselweb. Naast regenwormen eten ze ook slakken en larven van schadelijke insecten. Ze woelen de grond om; per uur maken ze een gang van wel 12 tot 15 meter. Daarmee zorgen ze voor betere drainage en kan het water makkelijker weg.

Wie onze mol is weten we niet, maar we zijn desondanks wel blij met hem, haar of een familie.


Anita Bos en Dorine Heij

Anita Bos en Dorine Heij zijn in juni 2022 in het Oost-Groningse Bellingwolde gaan wonen op een perceel van 1,2 hectare, om een VoedselBos aan te planten. Ze hebben Stichting De Pelgrim VoedselBos & BoerderHeij opgericht met als doel handen en voeten te geven aan de opdracht van God om te zorgen voor de schepping, met oog voor schoonheid, voor harmonie, voor creativiteit, voor alle leven, voor een goede bodem, voor ruimte en voedsel voor mens en dier. En anderen te laten zien en ervaren dat voedselproductie mogelijk, haalbaar en lekker is uit een voedselbos.

Hoe gezond is jouw bodem? Doe de sokkenproef!

In 2025 staat A Rocha stil bij het thema ‘Bodem’. Wat kan de bodem ons leren? En hoe kunnen wij er op een duurzame manier mee omgaan? Elke maand publiceren we een blog waarin verschillende schrijvers iets delen over dit veelzijdige thema. Deze maand vertelt Petra over Crofton over de sokkenproef. Hoe gezond is jouw bodem?

 

Een goede bodemkwaliteit is heel belangrijk voor zowel planten als beestjes (biodiversiteit), de opname van broeikasgassen, maar ook voor wateropslag en een geslaagde moestuin. En: hoe meer bodemleven, des te beter de structuur van de grond. Dit is goed voor zowel de waterhuishouding als de stabiliteit van gebouwen. Een gezonde bodem betekent namelijk dat de grond niet inklinkt en huizen en wegen minder snel verzakken of overstromen.

De vraag is: is jouw bodem gezond of zit er soms een luchtje aan? Test het met de sokkenproef!

Doe de proef!

Je hebt nodig:

  • Een paar katoenen sokken (of een zakdoek, hemd of iets dergelijks), dat je in tweeën knipt.
  • Twee stukjes bodem waar je mag graven – bijvoorbeeld in je (moes)tuin.

Let wel: zorg dat je testmateriaal van ongebleekt katoen is. We gaan testen hoeveel hongerige beestjes er in de bodem zitten en dat kan alleen als we katoen gebruiken. Katoen bevat namelijk cellulose: een lekkernij voor duizendpoten, wormen, pissebedden en zelfs schimmels en bacteriën. Ofwel: alle nuttige bodembewoners. Van nylon en polyester moeten ze niets hebben, dus check waar je sokken van gemaakt zijn! 😉

 

Methode:

Stap 1 – Kies je testbodem: een plek waar je denkt dat er veel bodemleven is, en een ander plekje waar waarschijnlijk minder diertjes en schimmels zitten.

Stap 2 – Graaf een gat van 20 centimeter, leg daar je katoenen sok in en strooi de opgegraven aarde netjes terug. Markeer de plekjes met een metalen of houten stokje dat je goed de grond in duwt.

Stap 3 – Wacht 6 tot 9 weken en graaf je kledingstuk dan weer op.

Stap 4 – Wat zie je? Vergelijk de hoeveelheid opgevreten katoen (‘slijtage’) op beide plekken en kijk ook eens (met een loepje en zoekkaart) wat er in de stukjes bodem leeft. Wat valt je op? Hoe minder er van je sokken of hemdje over is, des te beter de grond!

Stap 5 – Hoe kun je een ‘lege’, dooie bodem nieuw leven inblazen? Nou, laat allereerst je bladafval lekker liggen, want daarmee verrijk je je bodem. Je kunt ook wat koffieprut (of zelfgemaakt gft-compost) op de bodem strooien, want daar zijn bodembeestjes dol op. En: hoe minder de bodem verstoord wordt door bijvoorbeeld ploegen en graven, des te beter schimmels en bodemdiertjes zich kunnen vestigen.

 

Je eigen mini-ecosysteem

Zodra je bodem gezonder is gaat het ook beter met ander leven: planten, bomen, vogels en andere insecteneters! Zo bouw je je eigen mini-ecosysteem in de tuin en draag je bij aan klimaatverbetering. En als je je gezonde bodem als moestuintje gebruikt, dan levert het ook nog eens meer groente en fruit op. Succes, en veel plezier!

 

Wist je dat…

Gezonde bodems met plantenwortels slaan veel CO₂ op. Hoe meer plantendiversiteit, hoe meer opslag.

Er zijn bodems die ‘arm’ aan voedingsstoffen zijn (‘schrale bodems’), zoals duinzand en rotsbodems. Deze bodems barsten de plantensoorten en het is belangrijk om dit zo te houden; compost toevoegen verpest hier juist de biodiversiteit.


 

Petra Crofton schrijft kinderboeken en lesmateriaal over natuur, wetenschap en geloof – waaronder Het geheime dagboek van eco-girl Christi.

De schimmels komen!

“Hé Anita, kijk hier eens: wat een gaaf paddenstoeltje staat hier onder deze struik.” We gaan op onze hurken zitten en verwonderen ons samen over het kleine grijze paddenstoeltje met op zijn hoed witte sliertjes, die op kant lijken.

Het is heerlijk om doelloos en traag door het VoedselBos te lopen en steeds meer oog te krijgen voor alle toffe details die je dan opeens opvallen. De knalroze kleine bloemetjes van de kardinaalsmuts bijvoorbeeld, die in de herfst nog eigenwijs aan de takken hangen en kleur geven aan een kaal wordend landschap.

Een berichtje op Insta met wat paddenstoelenfoto’s levert een reactie van onze landschapsarchitect die het voedselbos ontworpen heeft, op: “Ha de schimmels komen! Gaat het goed?”

Ja, inderdaad de schimmels komen. Er zijn nu, na 2,5 jaar bomen planten en de bodem voeden, al veel meer verschillende paddenstoelen te zien. Goed nieuws dus. “Door verzuring, overbemesting en verdroging”, zo las ik laatst, “is de populatie paddenstoelen sterk achteruitgegaan.”

Veel mensen houden niet van paddenstoelen in hun tuin of in het gazon. Toch is het juist een teken dat de schimmels onder de grond goed gedijen en je een actief bodemleven hebt. Paddenstoelen vormen een sleutelrol in veel ecosystemen – en zeker in bossen.

In ons VoedselBos voeden we de bodem actief. Bijvoorbeeld met houtsnippers, bladcompost, wormenmest en brandnetelgier. Ook planten we pioniersbomen naast de voedselbosbomen en -struiken. De wortels van de bomen en struiken gaan een samenwerkingsverband aan met de schimmels. Via de schimmeldraden worden voedingsstoffen uitgewisseld. De plantenwortels geven de schimmeldraden suikers en krijgen moeilijk bereikbare stoffen zoals fosfor, zink, stikstof en kalium terug. Dit komt ten goede aan de gezondheid van de boom. Het bodemleven bestaat, naast schimmels, uit nog ongelooflijk veel meer leven; van nematoden en protozoa tot de meer bekende wormen en pissebedden. En ja, we stappen steeds regelmatiger ook over molshopen heen.

We moeten af van de aangeharkte tuinen zonder bladeren, paddenstoelen, rommelhoekjes en molshopen. En als je dan doelloos en traag een rondje door je tuin maakt, zal je verrast zijn wat een moois je ziet. Gemaakt om van te genieten.

 


Anita Bos en Dorine Heij zijn in juni 2022 in het Oost-Groningse Bellingwolde gaan wonen op een perceel van 1,2 hectare, om een VoedselBos aan te planten. Ze hebben Stichting De Pelgrim VoedselBos & BoerderHeij opgericht met als doel handen en voeten te geven aan de opdracht van God om te zorgen voor de schepping, met oog voor schoonheid, voor harmonie, voor creativiteit, voor alle leven, voor een goede bodem, voor ruimte en voedsel voor mens en dier. En anderen te laten zien en ervaren dat voedselproductie mogelijk, haalbaar en lekker is uit een voedselbos.

Blog | Wortelen met de bomen mee

modder

Konden we maar even onder de grond, in de bodem van het VoedselBos kijken wat daar gaande is. Anderhalf jaar geleden zouden we waarschijnlijk een niet al te diepe laag worteltjes hebben gezien. Allemaal gelijk aan elkaar. Af en toe een verdwaalde regenworm. En als we een telescopische blik zou hebben waarschijnlijk ook wel de nodige protozoa, nematoden en andere bodemdiertjes.

Behalve dat door de aanplant van veel verschillende bomen en struiken de biodiversiteit boven de grond zal toenemen, merken we dat er onder de grond ook wat verandert. Afgelopen week staken we onze spade in de grond om een gat te graven voor twee pecans en een hican. Hierbij ontdekten we heel wat meer regenwormen dan toen we een jaar geleden bomen aan het planten waren. Ook de nodige molshopen verraden meer leven in de bodeKonden we maar even onder de grond, in de bodem van het VoedselBos kijken. Misschien zouden we roofzuchtige mijten zien, op zoek naar voedsel. Honderden springstaarten die bacteriën verorberen. Groeiende schimmeldraden, die contact met elkaar zoeken om informatie uit te wisselen. De mulchlaag (blad en houtsnippers) van vorig jaar is voor een deel weer verdwenen; versnipperd door de meesterversnipperaars van het bodemvoedselweb: wormen. En in ruil daarvoor laten ze ook nog eens zeer vruchtbare poep achter.

Konden we maar even onder de grond, in de bodem van het VoedselBos kijken. We zouden ons verwonderen over het groeiende bodemvoedselweb en de wortelende bomen en struiken. We zouden ons kunnen realiseren dat wij ook aan het wortelen zijn. Net als onze bomen van elders hier in Bellingwolde geplant. Een deel van onze bomen is gekweekt en voorbestemd om in een voedselbos te aarden, te groeien en te bloeien. Een ander deel is als zaailing op een ‘kansloze’ plek geoogst om elders een nieuw begin te maken. Misschien kunnen we onszelf vergelijken met de eerste groep; voorbestemd en gereedgemaakt om weg te gaan uit een vertrouwde plek en hier te gaan wortelen, deel uit te maken van een heel nieuw web. Een web van verbindingen met mensen hier; buren, kennissen van de voedselcoöperatie en medechristenen. En ook met de omgeving; de reeën die we weer bijna dagelijks zien, de vos die mooi is maar ook gevaarlijk voor onze kippen, de muizen die schattig zijn maar ook aan onze nieuwe isolatie knabbelen, de vele vogels die we horen, zien en soms na een botsing met een raam even mogen laten bijkomen in onze handen. We hoeven niet onder de grond te kijken om te zien dat ook wij wortelen; met de bomen mee.


Anita Bos en Dorine Heij zijn in juni 2022 in het Oost-Groningse Bellingwolde gaan wonen op een perceel van 1,2 hectare, om een VoedselBos aan te planten. Ze hebben Stichting De Pelgrim VoedselBos & BoerderHeij opgericht met als doel handen en voeten te geven aan de opdracht van God om te zorgen voor de schepping, met oog voor schoonheid, voor harmonie, voor creativiteit, voor alle leven, voor een goede bodem, voor ruimte en voedsel voor mens en dier. En anderen te laten zien en ervaren dat voedselproductie mogelijk, haalbaar en lekker is uit een voedselbos.